F.A.Q

In de RI&E wordt in kaart gebracht welke risico’s binnen uw organisatie aanwezig zijn en wat de mogelijke gevolgen hiervan zijn. Ook wordt beschreven welke maatregelen nodig zijn om deze risico’s te beperken. Het inzetten van een brandwacht kan onderdeel zijn van het RI&E-protocol.

Een Taak Risico Analyse, kortweg TRA, brengt de risico’s van specifieke risicovolle werkzaamheden in beeld. Hierbij worden de taken stap voor stap geanalyseerd en vooraf maatregelen opgesteld om gevaren te voorkomen of te verkleinen. De TRA richt zich op het waarborgen van de veiligheid en het welzijn van medewerkers op de werkvloer.

Het doel van een TRA is om vooraf bewust te zijn van mogelijke risico’s en deze zoveel mogelijk te verminderen of weg te nemen. Zo wordt niet alleen de veiligheid verhoogd, maar ook het veiligheidsbewustzijn van de betrokken medewerkers versterkt.

Een TRA vormt een essentieel onderdeel van veilig werken. Naast de verplichte VCA-certificering (Veiligheid, Gezondheid en Milieu Checklist Aannemers) moet iedere organisatie beschikken over een eigen RI&E en per project een veiligheidsplan. Bij risicovolle werkzaamheden maakt een TRA hier vaak deel van uit. De leidinggevende bespreekt deze analyse met de medewerkers, en tussentijdse evaluatie of herziening is van groot belang voor blijvende veiligheid.

Belangrijke aandachtspunten bij het opstellen van een TRA zijn:

• Taken en werkomgeving: Welke werkzaamheden brengen risico’s met zich mee en hoe ziet de directe werkomgeving eruit?
• Complexiteit: Zijn er factoren die de druk op de werkzaamheden verhogen, zoals tijdsdruk of een drukke werkplek?
• Omgevingscondities: Denk aan geluid, licht, trillingen, temperatuur of weersomstandigheden die extra risico’s kunnen veroorzaken.

Een brandklasse geeft aan om welk type brand het gaat, afhankelijk van de aard van de brandende stoffen. Dit onderscheid is van groot belang bij het kiezen van het juiste blusmiddel. Op iedere brandblusser staat met een pictogram en letter aangegeven voor welke brandklasse deze geschikt is.

Brandklasse A
Branden van vaste stoffen, zoals hout, papier, textiel, rubber en meubels.
Geschikte blusmiddelen: blusdeken, brandslanghaspel, poederblusser of sproeischuimblusser.

Brandklasse B
Branden van vloeibare stoffen, zoals benzine, diesel, verf of was.
Geschikte blusmiddelen: CO₂-blusser, poederblusser of sproeischuimblusser.

Brandklasse C
Branden van gassen, zoals aardgas, propaan of LPG.
Advies: sluit eerst de gastoevoer af om explosiegevaar te voorkomen.
Geschikt blusmiddel: poederblusser.

Brandklasse D
Branden van metalen, zoals magnesium of aluminium.
Geschikt blusmiddel: speciale metaalbrandblusser (poederblusser type D).

Brandklasse E
Deze klasse is in Nederland vervallen. Elektriciteit kan geen brandstof zijn, maar wel de oorzaak van een brand (bijv. een telefoon door kortsluiting). De brand zelf valt dan onder klasse A.

Brandklasse F
Branden van vetten en (frituur)olie.
Geschikte blusmiddelen: vetblusser of schuimblusser geschikt voor klasse ABF.

Een brandblusser is bedoeld om een beginnende brand snel te bestrijden en schade te beperken.
Omdat de gemiddelde aanrijtijd van de brandweer circa acht minuten bedraagt, is het verstandig zelf over een goedgekeurde brandblusser te beschikken. Neem bij groeiende branden altijd afstand, adem geen rook in en zoek een veilige plek op - rook is vaak giftig en minstens zo gevaarlijk als vuur.

Blusdeken
Geschikt voor kleine branden (tot ca. basketbalformaat) of brandende kleding.
⚠️ Niet geschikt voor vet- of oliebranden (vlam in de pan), omdat sommige dekens zelf vlam kunnen vatten.

Kooldioxideblusser (CO₂-blusser)
Laat geen reststoffen achter en is ideaal voor elektrische apparatuur of vlam in de pan.
⚠️ Houd de bluskoker niet vast: deze wordt -80°C koud. Pas ook op voor verstikkingsgevaar in kleine ruimtes.

Sproeischuimblusser
Geschikt voor branden van vaste en vloeibare stoffen.
Eenvoudig te gebruiken, weinig nevenschade en langere blusduur dan poederblussers.

Water
Gebruik alleen bij branden van vaste stoffen (klasse A).
⚠️ Nooit gebruiken bij vet- of oliebranden of elektrische branden.

Een brandblusser in Nederland moet voorzien zijn van een Rijkstypekeur, herkenbaar aan het ovale keurmerk. Dit garandeert dat de blusser voldoet aan de eisen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken.

Een brandblusser met voldoende inhoud vergroot de kans op effectief blussen.
Omdat onervaren gebruikers vaak blusstof verspillen, wordt minimaal 2 kg poeder of 2 liter schuim aangeraden.

Voor voertuigen adviseren wij een poeder- of schuimblusser van minimaal 2 kg of 2 liter.
In caravans of campers is het verstandig ook een rookmelder en CO-melder te plaatsen.

Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing en oefen indien mogelijk (bijv. tijdens een BHV-training).
Tijdens een brand is er geen tijd meer om de instructies te lezen - kennis vooraf vergroot uw veiligheid aanzienlijk.

Binnen het vakgebied bestaan verschillende brandwacht-specialismen, elk met hun eigen verantwoordelijkheden en inzetgebieden:

• Buitenwacht
• Industriële brandwacht
• Rijksgediplomeerde brandwacht
• Repressieve brandwacht

Buitenwacht
Een buitenwacht houdt toezicht bij werkzaamheden in een besloten ruimte, ook wel mangat genoemd. Omdat één of meerdere personen zich in een afgesloten omgeving bevinden, is alert toezicht van cruciaal belang. De buitenwacht bewaakt de veiligheid, houdt continu contact met de personen binnen en grijpt direct in bij incidenten.

Industriële brandwacht
De industriële brandwacht wordt ingezet bij risicovolle werkzaamheden in de (petro)chemische en industriële sector, bijvoorbeeld tijdens shutdowns en turnarounds. Deze brandwacht ziet toe op brandveilig werken, controleert vergunningen en staat paraat om in te grijpen bij calamiteiten.

Rijksgediplomeerde brandwacht
De rijksgediplomeerde brandwacht ziet toe op brandgevaarlijke werkzaamheden en ondersteunt bij evenementen, onderhoudswerkzaamheden of storingen aan brandmeld- en sprinklerinstallaties. Deze brandwacht voorkomt calamiteiten door toezicht en controle, en draagt bij aan de naleving van veiligheidsvoorschriften.

Repressieve brandwacht
De repressieve brandwacht is opgeleid en getraind binnen een brandweerkorps en beschikt over de kwalificaties om actief deel te nemen aan brandbestrijding en hulpverlening. Deze professionals zijn medisch gekeurd en inzetbaar binnen de uitrukdienst van de brandweer.

Ja, alle veiligheidsprofessionals die via Mobiele Brandwacht worden ingezet, zijn gediplomeerd en gecertificeerd. Zij beschikken over de juiste opleidingen en certificaten voor hun specifieke functie als repressieve, rijksgediplomeerde, industriële brandwacht of buitenwacht.

Ja, iedere veiligheidsprofessional dient een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) of een Verklaring van Geen Bezwaar (VGB) te kunnen overleggen, afhankelijk van de aard van de werkzaamheden en de locatie.

In overleg kunnen wij binnen 2 uur een gecertificeerde veiligheidsprofessional op locatie inzetten, afhankelijk van de locatie en urgentie van de aanvraag.

De tarieven zijn afhankelijk van de duur van de inzet, het aantal benodigde professionals en de aard van het project.
Wij stellen graag een maatwerkofferte voor u op, afgestemd op uw situatie en veiligheidsbehoefte.

Een rijksgediplomeerde brandwacht is verplicht wanneer de brandveiligheid in bepaalde situaties of omgevingen moet worden gegarandeerd — bijvoorbeeld op aanwijzing van de brandweer, gemeente of verzekeraar.

Om te waarborgen dat veiligheidsrichtlijnen worden nageleefd en om brandgevaar te voorkomen, wordt een brandwacht ingezet bij onder meer:

• Evenementen
• Heetwerkzaamheden (lassen, slijpen, branden)
• Ondersteuning van BHV bij onderbezetting
• Uitval van blusinstallatie of sprinklerinstallatie
• Uitval van brandmeldcentrale of brandmeldinstallatie
• Verbouwings- of onderhoudswerkzaamheden

Mobiele Brandwacht levert uitsluitend vakbekwame en rijksgediplomeerde brandwachten. Onze professionals zijn ervaren, betrouwbaar en inzetbaar in uiteenlopende veiligheidsomgevingen.

Ja. De Risico-Inventarisatie & -Evaluatie (RI&E) is sinds 1 januari 1994 wettelijk verplicht voor alle werkgevers.
Uitzondering hierop vormen zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers).
In de RI&E worden alle risico’s binnen uw organisatie in kaart gebracht en wordt bepaald welke maatregelen nodig zijn om de veiligheid te waarborgen.

Nee. Het gebruik van het brandweerlogo, de OOV-striping en andere huisstijlelementen is auteursrechtelijk beschermd en uitsluitend toegestaan aan erkende brandweerkorpsen en veiligheidsregio’s.

Het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV) beheert en handhaaft deze rechten namens de Nederlandse Staat.
Het logo, de striping en het uniform zijn bovendien als merk gedeponeerd. Bedrijven of zelfstandigen mogen deze dus niet zonder schriftelijke toestemming van het NIPV gebruiken.

Commercieel gebruik van brandweerlogo’s of kleding met officiële brandweeruitingen kan ten onrechte de indruk wekken dat men onderdeel is van de Nederlandse brandweersector. Daarom geldt:

• Bedrijven die brandwachten inzetten dienen eigen neutrale werkkleding te gebruiken;
• Zelfstandigen zonder personeel schaffen zelf kleding aan zonder bedrijfs- of brandweerlogo’s;
• Ook het gebruik van operationele uniformen of bluskleding is verboden, omdat deze volledig auteursrechtelijk beschermd zijn.

De verantwoordelijkheid voor handhaving ligt bij de regionale commandant van de veiligheidsregio.
Meer informatie vindt u op www.brandweer.nl.

Een brandblusser is in Nederland wettelijk verplicht in gebouwen, maar niet in voertuigen.
Let op: in verschillende Europese landen - waaronder België, Bulgarije, Griekenland en Roemenië - is een brandblusser wél verplicht onderdeel van de voertuiguitrusting.

Ja. Sinds 1 juli 2022 geldt in Nederland een wettelijke rookmelderplicht.
Op iedere bouwlaag met een verblijfsruimte of afgesloten ruimte moet minimaal één rookmelder zijn geplaatst, bij voorkeur in de vluchtweg (gang of overloop).

Deze verplichting is vastgelegd in het Bouwbesluit en geldt voor:

• Zowel huur- als koopwoningen;
• Zowel nieuwbouw als bestaande bouw.

Rookmelders redden levens - zorg daarom dat ze goed geplaatst en werkend zijn.